Les 5 Aanraakoefening ‘Waardeer je lichaam’


Duur van deze opdracht is ongeveer 15 minuten.
Lees eerst de uitwerking van deze opdracht een keer door.

Uitwerking van de opdracht

Stap 1

  • Ga voor een spiegel staan waarin jij jezelf helemaal kunt zien. Als je geen passpiegel hebt maak dan een foto van jezelf waar je van hoofd t/m voeten op staat. Geen oude foto maar een foto van dit moment.
  • Kijk naar jezelf in de spiegel of op de foto.
  • Neem jezelf helemaal op, zoveel mogelijk zonder oordeel. Als er wel een oordeel is dan merk je dat op zonder er verder aandacht aan te geven.
  • Stel jezelf de volgende vragen:
    Welk lichaamsdeel van mezelf waardeer ik het meest?
    Welk lichaamsdeel waardeer ik totaal niet?

Stap 2

  • Raak gedurende 1 minuut met jouw handen het lichaamsdeel aan dat je op dit moment het meeste waardeert. Als je het lichaamsdeel niet kunt aanraken met 2 handen, probeer het dan met 1 hand of stel voor dat je deze plek aanraakt. Dwaal je af? Helemaal niet erg. Ga gewoon weer terug met je aandacht naar de plek die je aanraakt.
  • Word je bewust wat je voelt, ervaart en denkt.


Stap 3

  • Raak heel bewust met jouw handen het lichaamsdeel aan wat je niet waardeert. Raak deze plek ook 1 minuut aan terwijl je met je aandacht aanwezig blijft bij de aanraking. Dwaal je af? Helemaal niet erg. Ga gewoon weer terug met je aandacht naar de plek die je aanraakt.
  • Word je bewust wat je voelt, ervaart en denkt.

Stap 4

  • Wissel in je eigen tempo de beide plekken af.
  • Word je bewust wat er verandert.

Stap 5

  • Je gaat opnieuw voor de spiegel staan en je kijkt naar jezelf. Of je kijkt opnieuw naar jezelf op de foto.
  • Hoe is het nu voor jou om naar jezelf te kijken?


Reflectievragen

1. Welk lichaamsdeel van jezelf waardeer je op dit moment het meest?
2. Welk lichaamsdeel van jezelf waardeer je op dit moment niet?
3. Hoe was het om het meest gewaardeerde lichaamsdeel aan te raken? Wat voelde je? Welke gedachten waren er?
4. Hoe was het om het minst gewaardeerde lichaamsdeel aan te raken? Wat voelde je? Welke gedachten waren er?
5. Wat was het verschil tussen beide plekken, wat viel je op?
6. Wat gebeurde er tijdens het afwisselen van beide plekken?
7. Wat viel je op?
8. Hoe was het om opnieuw naar jezelf in te spiegel te kijken?