Leptine wordt door het vetweefsel geproduceerd wanneer de vetvoorraad toeneemt. Leptine wordt aan het bloed afgegeven en bindt aan receptoren van het verzadigingscentrum in de hersenstam. Wanneer het verzadigingscentrum wordt geprikkeld, wordt er een signaal afgegeven dat de vetvoorraden groot genoeg zijn en dat er niet meer gegeten hoeft te worden. Het hongergevoel neemt dus af. Daarnaast vergroot leptine het energiegebruik, waardoor het lichaam meer calorieën gaat gebruiken. Sommige mensen produceren te weinig leptine en/of de receptoren van het verzadigingscentrum zijn ongevoelig voor leptine. Het gevolg is dat het lichaamsgewicht zeer sterk toeneemt en mensen obese worden. Daarnaast blijkt dat bij mensen die steeds zwaarder worden, het verzadigingscentrum eveneens steeds ongevoeliger wordt.